Op 1 september 1988 werd het loodswezen in Nederland verzelfstandigd. Oud-voorzitter van de NLc, Rein van Gooswilligen, en Willem Bentinck, huidige voorzitter van de NLc, blikken terug op de afgelopen 35 jaar én kijken vooruit naar de koers voor de toekomst.
Efficiency en marktwerking
Efficiency was een belangrijke reden om tot verzelfstandiging over te gaan, vertelt Van Gooswilligen. “Er waren problemen met de dienstverlening en de organisatie was log. Het was duidelijk dat er een efficiencyslag moest plaatsvinden. De Rotterdamse havenloodsen werden geïntegreerd met de Rijksloodsen en het totaal aantal loodsen ging in de jaren na de verzelfstandiging van 750 naar 450. Door zaken beter te regelen, konden we met deze kleinere club net zoveel schepen bedienen – en beter – dan voorheen.”
“Efficiency is altijd een onderwerp gebleven”, gaat Bentinck verder. “Er is zelfs gesproken over marktwerking. Gelukkig is dat niet gebeurd. Wel worden sinds 2008 de tarieven en de werkwijze van het Loodswezen getoetst door de ACM, om te kijken in hoeverre zij bijdragen aan een efficiënte loodsdienstverlening.”
Het is goed dat het Loodswezen marktwerking heeft weten te omzeilen, vind Van Gooswilligen. “We hebben in het buitenland voorbeelden van marktwerking binnen het loodswezen gezien, met rampzalige gevolgen. Veiligheid en economie moeten in balans zijn. Dat is het geval in de huidige vorm. Als iets niet kapot is, moet je het ook niet maken.”
“Maar”, vult Bentinck aan, “het is wel goed dat het Loodswezen zich gedraagt alsof er marktwerking is. Dus oogkleppen open, blik op de buitenwereld en luisteren om zo goed mogelijk aan te sluiten bij de wensen van onze afnemers. Zolang een kapitein blij is als wij aan boord komen, doen we het goed!”
Tekort aan nieuw talent
Waar in 1988 het aantal loodsen opzettelijk werd teruggebracht, is het tegenwoordig lastig om voldoende kandidaat-loodsen te vinden. “We zagen al halverwege de jaren 90 dat er minder animo was om loods te worden”, zegt Van Gooswilligen. “We hebben toen de mogelijkheden voor aanmelding uitgebreid en dat werkte goed. Het is wel apart: jonge mensen willen graag de zekerheid van een vaste aanstelling en een goed salaris. Die vind je allebei in de zeevaart maar toch verliest de sector aan populariteit.”
Volgens Bentinck speelt de opkomst van social media een negatieve rol. “Dankzij social media kun je op zee contact houden met het thuisfront maar zie je ook wat je mist. Je wordt er voortdurend mee geconfronteerd.”
Innovatie, toen en nu
Sinds de verzelfstandiging is steeds geïnnoveerd om de efficiency verder te verbeteren. “Denk aan de ontwikkeling van een ISPO-kwaliteitsnorm voor loodsen. Of de portable pilot unit en automatisering om de beschikbaarheid van loodsen te regelen”, somt Van Gooswilligen een aantal op. “Buitenlandse collega’s vonden dat weleens bedreigend: wat doen ze daar allemaal in Nederland?”
“Het is ook maar vanuit welke perspectief je het bekijkt,” aldus Bentinck. “Vanuit andere sectoren dacht men juist: kan het niet sneller met die innovatie bij het Loodswezen? Daar zit best wel een spanningsveld. Nu nog. Het laatste wat we willen is stoker zijn op een elektrische trein. Als ontwikkelingen het noodzakelijk maken om de inrichting van onze dienstverlening te veranderen, doen we dat meteen. Maar wij kunnen niet in ons eentje innovatie aanslingeren en de toekomst neerzetten, dat moeten we met z’n allen in de sector doen. Nederland Maritiem Land is een mooi voorbeeld van hoe we samen slagvaardiger zijn.”
Blijven samenwerken
Die samenwerking moet ook in de toekomst worden voortgezet, aldus Bentinck: “Het versterken van de ketensamenwerking is essentieel. Net als de focus op de blijvende kwaliteit van onze eigen dienstverlening. Ook moeten we nog meer de verbinding zoeken met innovatieve partijen. De unieke nautische kennis en expertise die we in huis hebben, kunnen we ten dienste te stellen om innovaties die een grote kans van slagen hebben, mogelijk te maken.”
De beslissing om te verzelfstandigen heeft goed uitgepakt, daarover zijn de beide heren het zonder meer eens. Van Gooswilligen: “We hebben een behoorlijk goed huis gebouwd, dat goed functioneert voor de dienstverlening.” “Aan mij en de komende generatie de taak het huis goed te onderhouden, aan te passen aan de huidige tijd en verder toekomstbestendig te maken”, besluit Bentinck.
Rein van Gooswilligen
1973 Koopvaardij
1985 Loods geworden
1990 Bestuurslid regio Rotterdam-Rijnmond
1997-2009 Voorzitter NLc
Willem Bentinck
1988 – 1990 Varen op chemische tankers en de Holland-Amerika lijn tot 1990
1990 Loods op de Humber, VK
1992 Loods in regio Amsterdam-IJmond
2007 -2013 Voorzitter regio Amsterdam-IJmond
2013 – 2021 Directeur Nederlands Loodswezen BV
Sinds 1 juni 2023 Voorzitter NLc